Het Nieuwe Werken. Wat het is? In een groep op LinkedIn werd gepolst naar een goede definitie voor Het Nieuwe Werken. Binnen de maand volgden er meer dan duizend verschillende antwoorden. Organisaties worstelen op dit moment met het tempo van de verandering. Vaak opgejaagd door technologie, de nieuwe macht van medewerkers en ongekende concurrentie uit onverwachte hoek, staat veel ter discussie. Eén ding is zeker: de oude manier van werken, bedacht in de 20ste eeuw als gevolg van de industriële revolutie, voldoet niet meer. De zoektocht naar een nieuwe manier van werken is begonnen. In Nederland heeft een aantal organisaties de trend gezet, maar België volgt de ontwikkelingen op de voet. Toenmalige Rabobank-dochter Interpolis begon in Nederland al in de jaren negentig met het veranderen van de manier van werken. En in de afgelopen jaren volgden Rabobank en Microsoft als voorbeelden van innovatieve organisaties. De vernieuwing van de manier van werken trok tot ver buiten de landsgrenzen de aandacht. In dit boek gaat Henny van Egmond in op de belangrijkste aanleidingen voor een nieuwe manier van werken. Hij neemt de lezer mee en laat hem kennismaken met succesvolle manieren om een moderne werkstijl te ontwikkelen en in te voeren: van visie naar praktijk. Hij beschrijft voorbeelden uit Nederland en uit België, waar Het Nieuwe Werken de laatste jaren steeds nadrukkelijker in de aandacht staat. Over de auteur : Henny van Egmond is voormalig programmamanager Rabo Unplugged. Hij ontwikkelde onder deze noemer de nieuwe werk-stijl voor Rabobank Nederland. Nadat in een pilot met vijfhonderd medewerkers werd vastgesteld dat de nieuwe werkstijl een succes was, verliet Van Egmond Rabobank Nederland en werd partner in het adviesbureau Yolk. Inmiddels adviseert en begeleidt hij tal van organisaties bij het ontwikkelen en invoeren van een nieuwe werkstijl, zowel in Nederland als in de rest van Europa. Hij is bovendien een veelgevraagd spreker over moderne werkstijlen en ontwikkelde een masterclass-serie in zowel Nederland als België.