De auteur zet met dit boek de kernen neer voor opleiden en trainen. Die kernen zijn programma's ontwikkelen en de ontwikkelde programma's uitvoeren. Het is ambachtelijk precisiewerk dat uitdrukkelijk van de trainer/opleider vraagt dat hij vanuit een persoonlijke balans opereert. Het boek is opgebouwd uit drie delen. In het eerste deel wordt de persoonlijke ontwikkeling van de opleider/trainer beschreven. In die ontwikkeling wordt achtereenvolgens aandacht besteed aan de persoonlijke congruentie, dat is de balans tussen lichaam en geest, vervolgens aan ademhaling en stemgebruik en ten slotte aan het contact maken met de groep. In het tweede deel wordt aandacht besteed aan het opleidingskundig vermogen van de opleider/trainer. Hij leert dan aan de hand van hersenscherpende denkmodellen de opleidingsvragen door analyse zeer zuiver te formuleren en vervolgens programma's, presentatie en oefeningen te ontwerpen. Deel drie gaat in op het feitelijk werken met de opleidings- of trainingsgroep. De relatie tussen de geformuleerde inhouden en eigen ervaringen, de feedback als methode en leerprincipe en uiteraard de relatie met de groep en met 'lastige' deelnemers komen hier stuk voor stuk aan bod. Principes uit de NLP (Neuro Linguïstisch Programmeren) vormen de basis van dit boek. Het is geschreven voor iedereen die als trainer of opleider werkt of wil gaan werken. En voor hen die opleiders en trainers opleiden. Inhoudsopgave Voorwoord Ter inleiding: trainen van opleiders en trainers Deel 1 - Persoonlijke vermogens bij opleiden, trainen en presenteren 1. Congruentie - Wat is congruentie? - Ontwikkelen van congruentie 2. Impact - Wat is impact? - De stem - Stemtraining - Epiloog 3. Persoonlijke vermogens in contact met groepen - Wat zijn persoonlijke vermogens? - Gericht zijn op de ander - Meervoudige aandacht - Hier en nu aanwezigheid - Vooronderstellingen opsporen - De scheppende staat van een opleider en trainer - Eenduidige waarnemingen - Bewuste en onbewuste voorbereiding - Epiloog Deel 2 - Ontwerpen van programma's 4. Programma's ontwerpen en analyseren - Analyseren van een vraag - Het basisanalyse-model - Het zintuiglijke doelkader - Het herscheppende denkmodel - Epiloog 5. Ontwerpen van programma's: componeren - Componeren van een programma - Globale structuur bij complexe programma's - De programma-ontwerpstructuur - Model - ontwerpen van oefeningen - Epiloog Deel 3 - Opleiden en trainen in groepen 6. Feedback - Wat is feedback - Soorten feedback - Misvattingen over feedback - Metafoor als feedback instrument - Geven van feedback - Omgaan met kritiek - Gedragsregels bij het omgaan met kritiek - Epiloog 7. Omgaan met een groep - De betekenis van omgaan en communiceren met een groep - De relatie met een groep - De staat van een groep - Beïnvloeden van de staat van een groep - Omgaan met vragen in een groep - Omgaan met weerstand - Omgaan met moeilijke deelnemers - De deelnemer als demonstrant - De betekenis van fouten - Improviseren in een groep - Epiloog 8. Toetsen en beoordelen - Toetsen en beoordelen - Waartoe toetsen en beoordelen van de opleider of trainer in opleiding - Wat wordt getoetst en wanneer wordt getoetst - Toetsen van de opleider of trainer in opleiding: een instrument - Effecten van toetsen en beoordelen - Feedback en toetsen - Epiloog Bijlagen 1. Wat is Neuro- Linguïstisch Programmeren 2. Conditie oefeningen